Thomas Tallis (ca. 1510-1585)

Samen met zijn vermoedelijke leerling William Byrd wordt Thomas Tallis beschouwd als één van de belangrijkste Engelse componisten uit de late renaissance. Toch is er niets bekend over Tallis’ herkomst, jeugd en muzikale vorming. Aan de hand van de bronnen tijdens zijn volwassen leven, wordt de geboorte van Tallis geschat tussen 1500 en 1520. Op basis van zijn familienaam vermoedt men dat hij mogelijk van de streek van Kent afkomstig was. 

Tallis duikt voor het eerst op in de geschiedenis als organist en koor dirigent voor de priorij van Dover in 1531. Dit lijkt er alvast op te wijzen dat hij ruim voor 1520 geboren werd. Tegelijkertijd kan deze aanstelling als bevestiging gezien worden dat hij inderdaad van de streek van Kent afkomstig was.

Thomas Tallis
Thomas Tallis in een postuum portret

Door de religieuze tumult die ontstond wanneer Engeland zich afscheurde van Rome en van het katholicisme, werd deze priorij in 1535 gesloten. Tallis moest op zoek naar een nieuwe werkgever.

De volgende bronnen die de componist vermelden, dateren uit de jaren 1536 tot 1538 wanneer hij als zanger, en mogelijk ook als organist, werkte voor de anglicaanse St-Mary-at-Hill kerk in London. Eind 1538 ruilde hij deze kerk om voor het Augustijns klooster Waltham Abbey, maar in 1540 werd ook dat gesloten en opnieuw ging Tallis opzoek naar werk. Die zoektocht duurde niet lang want hetzelfde jaar nog vinden we hem terug aan het hoofd van de zangers van de kathedraal van Canterbury.

De Chapel Royal

In 1543 keerden de kansen van Tallis wanneer hij werd aangesteld bij de Chapel Royal, een instelling die onder meer instaat voor de muzikale uitvoeringen tijdens de religieuze vieringen van het Engelse koningshuis. Hij groeide er uit tot een prominent musicus die in de gunst stond van de opeenvolgende monarchen, waaronder niet als minste Elisabeth I.

Hier ontmoette hij wellicht ook zijn vermoedelijke leerling William Byrd met wie hij het voorrecht kreeg om muziek te mogen publiceren. In 1575 gaven ze samen Cantiones quae ab argumento sacrae vocantur uit, 34 motetten die ze aan de vorstin opdroegen.

De publicatie werd echter een financieel fiasco, mogelijk omdat de anglicaanse adel en het publiek wantrouwig bleven ten opzichte van twee katholieke componisten. Daardoor waren beide mannen genoodzaakt om steun te vragen aan de koningin, die ze ook kregen. Na 1575 zijn er geen nieuwe werken van Tallis bekend, waardoor verondersteld werd dat hij zich terugtrok en ophield met musiceren. Hij overleed op 23 november 1585.

Het oeuvre van Tallis bestaat uitsluitend uit gezongen sacrale muziek. Er zijn geen seculiere of instrumentale werken van de componist bekend. In zijn werk hield hij zich aan de regels van de renaissance compositie en ging hij niet mee in de vernieuwingen waar onder meer Byrd een belangrijke voorstander van was. Zijn lijst composities is indrukwekkend en maakt van Tallis dan ook één van de belangrijkste componisten van de late renaissance.

(Bron: Wikipedia)